Woonhuis Lichtenvoorde
2011
Woonhuis Lichtenvoorde
baksteen, glas, lichtenvoorde, particulier, woonhuis
/
Woonhuis
Woonhuis Lichtenvoorde
Als een opgetilde graszode ligt het sedumdak op de uit de aarde omhoogkomende woning. Het ontwerp voor dit woonhuis is vooral ingegeven door de verschillende omgevingsfactoren, maar ook door de bebouwingbepalingen in het van toepassing zijnde bestemmingsplan. Het woonhuis ligt op een driehoekige kavel aan de Manschotterweg in het buitengebied van Lichtenvoorde, niet ver van de drukke N18, die de verbinding is tussen de A12 en Enschede. Om het verkeerslawaai zoveel mogelijk te temperen is de woning met de rug naar het oosten gericht. Daarmee wordt tevens bereikt, dat de open zijde zich richt op het landschappelijk aantrekkelijke uitzicht aan de westzijde. De oriëntatie van het bouwvolume richt zich tegelijkertijd ook op de grens van het aansluitende bosperceel. Door het langgerekte volume in het verlengde van de bosrand te leggen wordt richting gegeven en worden zichtlijnen gestuurd. De woning wordt verankerd in haar omgeving.
De opdrachtgever, een echtpaar zonder kinderen, wilde een geheel gelijkvloerse woning met uitsluitend een logeermogelijkheid op de eerste verdieping. Dit resulteerde in een ensemble van drie geschakelde volumes rond een luw overgangsgebied, dat de verbinding legt tussen het woonhuis en het landschap. Het opvallendste bouwvolume, dat aan de oostzijde op maaiveldniveau aanvangt en zich aan de westzijde tot een hoogte van 7 meter verheft (en waar zich op de verdieping de logeervertrekken bevinden), is niet alleen het resultaat van de landschappelijke situatie. Ook het voorgeschreven volume van maximaal 750 m3 voor een te bouwen hoofdgebouw en een bijgebouw van maximaal 75 m2 met maximale goothoogte van ca. 3 meter, was daarin bepalend. Door beide toegestane bouwdelen zorgvuldig en uitgekiend te koppelen en te voorzien van een doorlopend hellend dakvlak kon een maximaal woningvolume worden gecreëerd.
De toegang tot de woning bevindt zich aan de lage oostzijde. Voor het parkeren wordt tot in de helling ruimte gemaakt. De woningentree bevindt zich terzijde van het hellende volume en biedt bij binnengaan direct een doorzicht door de gehele woning. Links van de entree bevinden zich de privé-vertrekken zoals de slaap-, bad- en kleedkamer. Het hoofdwoonvertrek ligt aan het eind van de gang, deels in het hoog opgaand volume en deels in het aangeschoven éénlaagse bouwdeel. De glazen gevels van woon- en slaapvertrekken omringen het hier gelegen terras. Het lagere dak van de gang gaat over in een doorgaande luifel, die in de zomer als zonwering dienst doet, maar ook functioneert als bindend element voor de verschillende bouwvolumes.
De woning manifesteert zich als onderdeel van het landschap en gaat er met het hellende sedumdak ook letterlijk in op. Tegelijkertijd ziet het ontwerp kans zich als een autonoom element te presenteren. Daarvoor is de woning als het ware op een plateau gezet. De antracietkleurige, grootformaat bakstenen (het zogeheten ClickBrick-systeem) is niet alleen voor de gesloten geveldelen gebruikt, maar ook doorgezet als kaders rond de aansluitende terrassen. Daar vormen ze – in contrast met de glinsterende aluminium kozijnen – één geheel met de donkere afwerking van Belgisch hardsteen.